LEVENSGESCHIEDENIS VAN DR. ANNA LUCIA ONGKIEHONG
Anna Lucia Ongkiehong werd geboren op Ambon in Indonesië 15 juli 1899 als het 11de kind uit een gezin van 15. Haar Chinese namen waren Ong Aan Nio. In een enorm groot Chinees huis woonde de familie Ongkiehong samen met het grote gezin Njiokiktjien met 12 kinderen. Anna’s moeder Njio Kiok Nio was de broer van haar oom Njio Kik Tjien.
Op de voorgalerij was een schooltje ingericht, waar de kinderen hun eerste onderwijs kregen, hetgeen vergemakkelijkt werd doordat er steeds kinderen waren van gelijke leeftijd.
De heer Ongkiehong was op Ambon vooral bekend geworden, omdat hij de eerste Chinees was, die brak met de traditie en zijn staart afknipte. Ook bij de opvoeding van de kinderen was meneer zeer vooruitstrevend. Geld of goed hoefde men niet te verwachten, maar wel goed onderwijs. Zo werden bijna alle kinderen, jongens zowel als meisjes na de lagere school aan huis, naar Nederland gezonden voor een middelbare opleiding en vervolgens universitaire studies.
Anna ging dus als 13-jarige naar Holland en volgde de H.B.S. aan de Waldeck Pyrmontkade in Den Haag en woonde met haar zusje op kamers.
Na haar eindexamen ging Anna naar Leiden om medicijnen te studeren. Eén van haar hobby’s was lezen, vooral boeken, die iets met de emancipatie van de vrouw te maken hadden.
In het voorjaar van 1929 studeerde Anna af en keerde in het najaar via Rome, waar ze even wilde vertoeven (ze was kort te voren katholiek geworden) terug naar Indonesië.
Dokter Anna Ongkiehong was de eerste vrouwelijke arts, die afgestudeerd in Europa, naar Indonesië kwam om daar te werken.
Anna stelde zich beschikbaar bij het Gouvernement en werd in Jakarta geplaatst.
Wat haar al snel aantrok was de zorg voor moeder en kind, en de opleiding van eigenlandse meisjes tot verpleegster en vroedvrouw.
Zo werkte dokter achtereenvolgens aan een vroedvrouwenschool in Jakarta en Semarang.
Het was in deze tijd dat dokter er ernstig over gedacht heeft in een religieuze congregatie te treden, maar de toenmalige Bisschop van Jakarta Mgr. Willekens meende dat zij haar land beter kon dienen als leke-arts.
Tijdens de Japanse bezetting was dokter weer in Jakarta, alle opleidingen waren opgeheven. In een gewoon huis richtte dokter een klein ziekenhuisje in om zieke baby’s en kleuters op te nemen. Voor de bezetters was dokter iemand waar ze geen zicht op kregen. Een Chinese, intellectueelen ongehuwd? Verdacht een spionne te zijn, werd ze opgepakt, verhoord, geslagen maar toch weer vrij gelaten. Het was in deze tijd, dat dokter een pleegkind aan nam, één van haar zieke baby’s.
Heel serieus heeft zij de opvoeding van dit kind ter hand genomen, en zij toonde zich al vlug een uitstekende moeder naast haar drukke taak als arts.
In 1947 was dokter enkele maanden in Nederland, waar ze een tiental Indonesische meisjes moest begeleiden om hier te lande hun studies te voltooien.
Op 12 juni 1945 had Dr. Lippits aan het Ministerie van Overzeesche Gebiedsdelen aangeboden tien medische missiezusters voor medische hulp aan Indonesië. Er was dringende nood aan goed geschoolde vroedvrouwen en verpleegsters.
Dr. Oomen, geneesheer directeur van een ziekenhuis in Makassar op Celebes, liet geen moeite onbenut om een eigen school op te richten; de eerste voor de Grote Oost.
En zo gebeurde het, dat Dr. Ongkiehong werd benaderd om de geneesheer directeur te worden van een vroedvrouwenschool in samenwerking met de medische missiezusters.
Gezien dokter een jarenlange ervaring had in dit soort opleidingen, waren de zusters maar wat blij toen dokter erin toestemde deze taak te aanvaarden. Volgens de wetten van het land reeds dicht bij de pensioengerechtigde leeftijd begon dokter in 1947 aan een waarlijk pionierswerk, in een omgeving, die vreemd voor haar was.
Nog 20 jaren houdt dokter vol zich in te zetten voor de gezondheid van moeder en kind en de opleiding van verloskundigen. Het werd een waar levenswerk. Duizenden moeders (in 1963 reeds 50.000 baby’s geboren) en baby’s heeft ze bijgestaan. Haar bijzondere zorg ging evenwel altijd uit naar de armen en de meest kwetsbaren.
Vanwege haar diensten was de Heilige Vader verheugd haar de medaille “Pro Ecclesia et Pontifice” te schenken, een geschenk dat op zondag 21 november 1954 om 10 uur werd geschonken door de plaatsvervangend apostolisch vicaris in Makassar.
De opleiding stond bij dokter centraal. Met eindeloos geduld kon ze urenlang een zwakke leerling extra les geven. Zij was steeds hun stimulans om zich in te zetten voor hun medemens. Door haar vooruitziende blik op de toekomst, werden de daarvoor geschikte leerlingen naar hogere opleidingen gezonden, zodat er eigen teachers gevormd werden, die zich verspreiden over Celebes en andere eilanden en daar scholen gingen leiden. Dokter bleef hun volgen met haar belangstelling en goede raad.
In 1963 ging dokter voor een kort verlof naar Europa, samen met haar dochter Letty, die intussen de middelbare school had beëindigd en nu voor verdere studie haar België en Nederland ging. Hoe hard het dokter viel Letty te moeten achterlaten, en hoe graag ze ook in Nederland was gebleven, voelde zich verplicht haar taak af te ronden en haar opvolgster af te wachten.
Begin 1967 keerde dokter terug naar Nederland; 68 jaar oud. Ze was een begrip geworden in Makassar.
Altijd bezorgd voor anderen had ze weinig voor zichzelf nodig.
Ze bleef eenvoudig Gouvernementsarts. Toch was ze nooit bezorgd voor de toekomst, en haar grenzeloos Gods-vertrouwen werd dan ook niet beschaamd. Werkende aan haar naturalisatie maakte men haar erop attent dat ze recht had op pensioen, iets waar ze niet meer op gerekend had.
Toen ze vanuit Indonesië enkele jaren later uitgenodigd werd om nog een keer te komen zien hoe haar werk verder ontwikkeld was, antwoordde dokter dat ze nu ze pensioen ontving weer een onbemiddeld student kon helpen zijn studie te maken. Dat was typerend dokter. Haar plichtsgevoel kende geen grenzen.
Dokter heeft haar land niet meer terug gezien. Haar gezondheid ging het laatste jaar ineens snel achteruit en met haar zuiver klinische blik wist ze precies hoe ze ervoor stond. Volkomen gerust wat haar te wachten stond nam ze vrede met de situatie. Gelukkig was, omdat ze wist dat Letty gelukkig was. Wat heeft ze genoten van haar kind, vooral nu ze een mooi gezin om zich heen heeft.
Wij zijn dankbaar, dat dokter nog heeft kunnen genieten van haar oude dag, die eigenlijk zonder gebreken is geweest.
Bij de laatste aanval op 7 december 1978 nam ze rustig de rozenkrans in haar handen en gaf zich in vol vertrouwen over aan haar Schepper.
Anna volgde de middelbare school in Den Haag en studeerde in Leiden.
De werd de eerste Chinese dokteres in Ned. Indië.
In dit stuk staat hoe bijzonder het was dat Chinese vrouwen naar Nederland werden gestuurd.
Leiden Oriental Connections, 1850-1940 Door W. Otterspeer
In the wake of Yap Hong Tjoen the first female student also enrolled: Sien Everdien Ongkiehong studied pharmacy from 1917 till 1925. She was the second from the Ongkiehong household to study in Leiden. Ultimately four boys and two girls enrolled in Leiden, certainly a rare feat. Three became doctors; three pharmacists. The second girl, Anna Lucia, took up medicine in 1920. Their father was a progressive and wealthy merchant in Ambon. He adapted himself to Western culture to the extent that he gave his sixteen children Dutch first names and a completely Dutch education. Eight or nine children were sent to Europe for secondary or university training. Among them were his two daughters, which earned him the strong disapproval of Ambon’s Chinese community for, until their tnarriage, Chinese girls should remain under paternal supervision. The brothers took over this care. When, about 1920, their father died, successive brothers considered it their duty to finance the studies of the remaining brothers and sisters. The Ongkiehong’s maintained close contact with another Chinese family from Ambon, the Njiokiktjien’s, of whom four children studied in Leiden. Among them was the second female student to be enrolled, in 1919, Anna Louise Njiokiktjien. Her study in the Faculty of letters was obviously a failure as she left Leiden after two years without having passed an examination. All these students boarded together, first in the Laan van Meerdervoort in The Hague, later on the Zoeterwoudsche Singel in Leiden. All Ongkiehong’s retumed to the Indies to practice their profession, but the vicissitudes after World War II caused their second journey to the Netherlands.
Pro Ecclesia et Pontifice onderscheiding voor Anna Ongkiehong in 1954
Op 12 juli 1954 vierde Dr. Anna Ongkiehong haar 25e jaar als arts.
Na het voltooien van haar studie in 1929 aan de Universiteit van Leiden, wijdde zij haar energie aan het dienen van het volk en de natie van Indonesië.
Zo werkte zij 25 jaar als arts op verschillende plaatsen in Indonesië en tenslotte van 1947 tot nu heeft zij zich ingezet voor het geluk en welzijn van moeders en kinderen in Makassar, naast het opleiden van vroedvrouwen die de samenleving hard nodig heeft.
Al 25 jaar heeft zij haar bedrijf in Indonesië op gezondheids- en sociaal gebied uitgebreid.
Naast haar werk als arts bij de overheid, wijdde dr. Anna Origkiehong ook haar energie aan de inspanningen van de katholieke kerk in het veld, voor de gezondheid in Indonesië, aldoor als lekenarts te werken bij de Medische Missiezusters in Makassar.
Momenteel is dokter Anna Ongkiehong de leider van het “Sitti Fatima”-kraamhuis, het Djalan Bessi-kraamhuis en de verloskundeschool in Makassar.
Met de ijver van de apostel prees Dr. Ongkiehong de inspanningen van de katholieke kerk in het veld. Zij probeerde altijd zo dicht mogelijk bij de katholieke kerk te komen: door haar werk probeerde zij de glorie van de katholieke kerk aan het Indonesische volk toe te voegen.
Vanwege haar diensten was de Heilige Vader verheugd haar de medaille “Pro Ecclesia et Pontifice” te schenken, een geschenk dat op zondag 21 november om 10 uur werd geschonken door de plaatsvervangend apostolisch vicaris in Makassar. De ceremonie werd bijgewoond door hoogwaardigheidsbekleders, artsen en katholieke leiders in de stad Makassar.
(De medaille is een pauselijke onderscheiding voor bewezen diensten die wordt uitgereikt aan katholieke gelovigen die ten minste 45 jaar oud zijn en zich gedurende ten minste 25 jaar verdienstelijk hebben gemaakt voor het katholieke geloof of de Kerk, of die zich gedurende ten minste 25 jaar verdienstelijk hebben gemaakt.)
Bij haar pensioen kreeg Anna van de Medische Missie zusters een leuk pensioen-album aangeboden.